Rust!!
Door: Fanny
Blijf op de hoogte en volg Fanny
02 September 2010 | India, Jaspur
Verder heft Yael, Ellie voor de vrienden, uit Israel het meeste impact op mijn reis. We ontmoetten elkaar wanneer we toevallig twee kamers naast elkaar huren. Al snel besluit ik bij haar in te trekken om de kosten te drukken en nog sneller merk ik dat we twee handen op een buik vormen. Ondertussen zijn we 2 a 3 weken verder en vullen we elkaar aan alsof we elkaar al jaren kennen. Als 15 jarige chickies zitten we hopeloos vast in lachuien die maar blijven aanhouden. Soms denk ik dat we de mensen rondom wat vervelen met ons ‘Fanny-Ellie’ wereldje, maar we kunnen het niet helpen. Het is goed met zijn twee te zijn, al zit haar gitaar er volgens mij ook voor iets tussen. Zo ontstond een weekje terug spontaan een nummer over een vlieg, geboren en getogen in India, die haar levensverhaal vertelt, toen we samen zaten te wachten in een overvol (met vliegen en mensen) busstation. Tweestemmig klinkt het goed en de tekst is hillarisch. Wordt opgenomen en uitgebracht, for sure.
In Dharamsalah komt Vipin, de eigenaar van Red Chilli – travel agency/internetcafe uit Rishikesh, ons bezoeken wanneer zijn geplande trekvakantie door het aanhoudende regenseizoen in het water valt. Met zijn tweetjes, want Ellie genoot net even van een relax dagje, spendeerden we onze relax zondag aan een fixe wandeling op de berg. Boven is er absoluut niets te doen, maar de weg er naartoe brengt je met momenten soms letterlijk in de wolken. Vergezichten over rotsen en reuse blokken verloren tussen griezelige skeletvormige bomen en grote frisse stukken groen grassland. Koeien grazen verloren wat in het rond tot op een bepaald moment er eentje het de moeite vindt om me op een onbewaakt en absoluut onverwacht moment me een meter de lucht in te doen jagen. Vipin en enkele local chai drinkende mensjes lachen zich te pletter. Vipin en ik komen overseen als zus en oudere broer, 36 trouwens. Hij is de eerste Indische man die me niet the creaps bezorgt als ik er langer dan een half uur mee doorbreng. Veilig van handtastelijkheden. Hij heeft de Insdische achtergrondm maar de gedachtengang van een Westerner. Misschien door zijn jarenlange ervaring als raftingguide en trekkings met Europeanen en ander gespuis. Hij is een warme persoon en op onze weg terug, in de gietende regen overigens, gaat ons gesprek diep. Een mens die al vele levenslessen leered, waardoor ik ook weer bij vele dingen stilsta. En door gesprekken met mij Ellie op haar beurt ook weer.
Ellie is 22 en gaat doorheen net zulke momenten als ik. Soms draaien onze lachbuien dan ook uit op zeer serieuze gesprekken die mij doen beseffen dat ook ik ouder word en dat elke mens doorheen gelijklopende periods gaat in zijn leven. Dingen waar zij mee worstelt, stonden kortgeleden of staan nog steeds hoog op mijn agenda. Reizen in eerste instantie als een vorming van wie je bent. Zover was ik al. Ik begin steeds beter te begrijpen dat de ingrijpende momenten in mijn leven, zoals mijn breuk met Kas, heel erg veel betekenen in dat licht. Ik voel beter en beter dat ik werkelijk in staat ben mensen gelukkig te maken met wie ik ben. Ervaringen die je tegenkomt op deze vrijgevochten reizigersmanier waren hiervoor absoluut nodig. Mijn ontmoeting met Ellie, mijn vriendschap met Ragni, en nog zovele andere dingen op mijn pad geven me de nodige dosis zelfvertrouwen voor de toekomst die ik in mijn tijd voordien duidelijk miste. Eigenlijk een wrede speling van het lot date en mens doorheen zulke pijnlijke periodes heen moet om te kunnen groeien. Groeien doe ik, en dat is alles wat telt. Maar naast reizen als vorming van je persoonlijkheid komt na een tijdje ook de prangende vraag over wanneer reizen een vluchten wordt. Vanaf wanneer ga je je verantwoordelijkheden ontvluchten in plaats van ze op te nemen door weg te trekken van alles wat je valse houvast kan bieden? Waar ligt je verantwoordelijk dag na dag? Nog steeds hier of eigenlijk toch weer thuis? En zo passeren bedenkingen de revue.
Ellie en ik besloten samen naar Rishikesh terug te keren en vandaar naar Ragni’s dorp te trekken. We worden ontvangen als prinsessen, wat al bij al toch ook nog meevalt. Da familie respecteert onze privacy redelijk en probeert ons ook niet de godganse dag te entertainen. Toch kunnen ze het niet laten om ons de eerste dag als levende poppen te hullen in prachtige sarees, een degelijke laag make-up, bindi’s (stip op voorhoofd) en alle nodige teenringen en armbanden. Zo worden we het aanpalende stadje statig doorgesleurd met trotse familie aan de arm. Staren alom uiteraard. Hoe vaak zien ze dan ook lange, slanke, blanke vrouwen in Bollywoodstylo passeren? In het dorp zelf zijn we uiteraard een bezienswaardigheid, maar na het eerste uur waarin iedereen zich op het koertje aan het twee kamerhuisje en op de aanpalende daken aan ons vergaapt, zoekt iedereen opnieuw vredig zijn eigen hokje op. We worden wel enthousiast aangestaard en toegelachen als we doorheen de wirwar van modderige straatjes en koestallen dwalen. Wat is het hier mooi bij ondergaande zon tussen de groene rijstvelden en bossen. De nacht amper verstoord door artificieel lichtm omdat electriciteit een grote onzekerheid is. Ragni’s 2 zussen zwermen met momenten rondom ons. De jongsteongeveer mijn leeftijd, heeft het ongeluk getrouwd te zijn met een luie drinker. Ze wonen in Haridwar, maar Didi geniet van enkele dagen rust hier in haar ouderlijke huis. Zo zorgend over haar moedertje, die er sinds 6 maand alleen voorstaat. Zonder kinderen ( 2 getroud en 2 werkend in Rishiskesh) en met haar overleden echtgenoot als statig portret boven haar bed, leidt ze een eenzaam ziekelijk leven. Haar kinderen voorzien haar van het nodige geld voor het onderhoud van hun huisje en de doktersbezoeken.Het is me niet helemaal duidelijk waaraan ze precies lijdt, maar haar uitpuilende ogen wijzen op een ongezonde druk in haar hoofd. Ze is echter een schatje en een lieve lieve mama die af en toe verrassend humoristisch uit de hoek kan komen. Als haar schoonbroer een bezoekje brengt, laat ze achteraf duidelijk verstaan wat ze van hem denkt. Al is het dan met gebaren. Grappig wel hoor de intrigues in families en tussen buren. De sfeer is al bij al zeker niet bijtend. De oudste dochter is 34 en heeft ze precies niet allemaal op een rijtje. Ragni excuseert zich dan ook meermaals voor de ‘overacting’ van haar zuster. Dat is inderdaad wel zo in woord en daad. Haar saree is sprankelend van glitters en spiegels en steekt af tegen het eenvoudige voorkomen van haar zesters en van de andere vrouwen van het dorp. Het lijkt mij of ze een punt wil maken van het feit dat we nu in een grotere stad woont en dat haar man 2 winkels bezit. Zo steekt ze geen hand uit in het huishouden gedurende de 24 uur dat ze hier is. Nu goed, het blijft allemaal zeer onschuldig want het is in hart duidelijk een goed persoontje. Laten we zeggen dat haar zesters en moeder haar kennen en dat zee r niet rouwig om zijn haar te zien vertrekken. Het gros van de nachten bring ik buiten door omdat het binnen te heet is. Alle anderen slapen op doorhangende stiffen bedjes waarin mijn rug zou sterven. Nadat ik gezegd heb dat ik een recht oppervlak nodig heb om te slapen, wordt plots met man en mach teen lage tafel van de buren aangesleept. Daar dan maar een sort van donsje op, muggennet errover en klaar! Mijn bedje is gespreid! Het slaapt ook zo slecht nog niet, maar de dromen worden er blijkbaar door versterkt ofzo. Vaak zie ik Mich en dan wil ik blijven hangen in de waas van illusies. Vanaf vandaag nog 43 dagen. Zo lang nog..de moed zakt me in de schoenen. Gelukkig is er Ellie en we besloten nog een tijd samen verder te trekken. Goede dingen op ons pad dus en mijn liefje onderweg.
Al bij al besluit ik dat het dorpsleven van India me nog het beste bevalt tot hiertoe. ER gaat een ongedwongenheid vanuit die ik tot nu toe nergens anders tegenkwam. De kleintjes die van hand tot hand gaan af en toe straaltje urine producerend in perfecte boogjes. Alsof het de normaalste zaak is wordt ere en handdoek nonchalant over de vloer geschoven en daarmee is de kos af. Bewonderenswaardig hoe de vrouwen me pertinent in hun taaltje blijven aanspreken, goed wetend dat ik er geen yota van begrijp. De lucht is nergens in India zo mooi. Strak blauw of donker dreigend. In de nacht stille sterren of bliksemschichten terwijl oze bedden onder hun muggenneetten worden geschoven. Ik slaap in onder het gekwetter van kitcherige Indiase films of van de dorpelingen in het geval er weer eens een keertje geen stroom is. Opvallend hoe gemakkelijk activiteiten worden omgegooid op basis hiervan. Mensen hokken samen en delen hun situatie mentaal en fysiek. Zussen en buurvrouwen spleen met elkanders en mijn haren, maken henna tatouagers, prutsen dingetjes uit elkanders ogen. Persoonlijke cirkels zijn hieralthans onder leden van het zelfde geslacht, niet gekend. Hier kan ik daarmee leven. Onder de uitgestrektheid van de gifgroene rijstvelden overgoten door de avondzon van een uur of vier wanneer we met zijn drieen op de motor naar het aanpalende stadje rijden met onze sarees wapperend achter ons aan. Je kan hier ademen en dat stelt een mens milder gezind. Ook al staat het hele dorp in een halve cirkel rondom je klaar om je uit te lachen als je probeert een koe te melken. Een boom van een boerenvrouw met schuppen van voeten en handen waarmee ze haar erfje overstampt en zomaar de koeienvlaaien met een draherig geluid op een stapel smijt. Ze sleurt de melk met een verrassende efficientie uit de uier en grinnikt laag uit haar buik wanneer ik een pietepeuterig straaltje tevoorschijn tover. Haar trotse, maar zo toegeeflijke lach maakt alles goed. Voor mij, zowel als voor haar pasgeoren kleinzoon die als ij toverslag steeds weer stopt met huilen als zij hem in haar schuppen op en neer werkpt en toeschreewt. Uit al haar hardhead spreekt een ontwapenende tederheid. Wanneer ik probeer de familiebanden te ontrafelen in mijn minder dan gebroken Hindi, ontlot ik aan de hele menigte enkele vreselijke lachbuien. Later begrijp ik dat ik het woord ‘gobi’, verkeerdelijk als het word voor ‘echtgenoot’ gebruik. In werkelijkheid vroeg ik telkens weer of de man naast de boerenvrouw misschien haar ‘bloemkool’ was…vandaar… Hindi..werk aan de winkel. Challo!!!
-
02 September 2010 - 11:52
Tante Diane:
Weer een grote boterham om door te nemen.Het is altijd leuk van u wat te vernemen. Ja ik weet wat acupunktuur is en wat dat allemaal met je kan doen zonder dat je het echt beseft maar het heeft zeker rezultaat op lange termijn ,hier in belgie zijn er wel een paar hoor.Geniet er verder maar van en doe nog veel ervaringen op.Hier zijn de scholen weer begonnen en ons Sofie zit met haar 3 vriendinnetjes in dezelfde klas.Nog veel groetjes XXXXXXXXXXXXX -
05 September 2010 - 18:41
Tante Nicole:
het is weer een fantastisch verhaal,ge bouwdwel een mooie vriendschap op met al deze mensen.ondertussen geniet je van het mooie landschap,en al dat schoons.groetjes en hou je goed.tante nicole. -
05 September 2010 - 21:14
Anita:
Hoi Fanny, weer eens bedankt voor een mooi verslag... het blijft boeiend om lezen.. goe bezig meiske.:-)
Groetjes Anita
Reageer op dit reisverslag
Je kunt nu ook Smileys gebruiken. Via de toolbar, toetsenbord of door eerst : te typen en dan een woord bijvoorbeeld :smiley